Er was eens een probleem. En een ware Poolse landdag boog zich over een oplossing. Het resultaat: een Breed Offensief. Het probleem was natuurlijk dat inclusie eenvoudiger gemaakt moet worden voor werkgevers en werkzoekenden. Het Brede Offensief, ingebracht door toenmalige staatssecretaris Van Ark, doet inderdaad pogingen om tot zulke vereenvoudigingen te komen. Het is niet ideaal, wel een stap in de goede richting.

Over dat resultaat was ik echt niet ontevreden. Als zoveel mensen meepraten, weet je dat de uitkomst geen optimum kan zijn. Als ik twee belangrijke elementen uit mag lichten, dan denk ik aan de vereenvoudigingen van regelgeving en meer mogelijkheden voor Wajongers en andere groepen om iets bij te verdienen.

Wat is dan het punt? Dat hele Brede Offensief is nooit van start gegaan! Het lijkt wel Murphy’s Law. Altijd stond er wel iets behandeling in de Tweede Kamer in de weg. In november zelfs nog een corona-aanval van de toenmalig staatssecretaris Bas ’t Wout. Van ’t Wout, de opvolger van Tamara van Ark, vertrok zelf ook na een paar maanden. Minister Koolmees is nu verantwoordelijk.

En nu ligt er een brief van de minister van SZW aan de Tweede Kamer over de voortgang van het Brede Offensief. Daaruit wordt duidelijk dat, als het allemaal vlot verloopt, invoering in het jaar 2022 tot de mogelijkheden behoort.

Dat is te laat. Zeker als we bedenken dat Banenafspraak voor de overheid in 2024 afloopt en voor het bedrijfsleven in 2026. Vereenvoudigingen zijn dringend nodig om de arbeidsmarkt inclusiever te maken, om de groep werkgevers die kansen aan mensen met een arbeidsbeperking kunnen bieden te vergroten en om de doelen uit de Banenafspraak te realiseren.

Aart van der Gaag is boegbeeld VNO/MKB/LTO, inzet ‘Op naar de 100.000 banen’, inspirator overheid voor de 25.000 banen.

Ondanks onmogelijke regelgeving zijn de afgelopen jaren mooie resultaten bereikt. Maar kabinet en Tweede Kamer geven nu wel een duidelijk signaal aan inclusieve werkgevers en werkzoekenden met een beperking: zoek het zelf maar uit.

Het is toch niet te geloven.